Het rijstexperiment

Het rijstexperiment

 

Het rijstexperiment

 

Het is de Week tegen Pesten en dat deed me denken aan het rijstexperiment. Dat deden we thuis, jaren geleden, toen de kinderen nog op de basisschool zaten. Het idee is simpel: vul twee schone potjes met gekookte rijst en praat dagelijks tegen ze. Een beetje vreemd ja, maar wel nuttig. Tegen het ene potje praat je op een aardige, vriendelijke manier en geef je regelmatig een complimentje. En tegen het andere potje, je raadt het misschien al, doe je zo lelijk mogelijk. En wat er dan gebeurt…

 

Voor de helft uit water

De rijst waartegen wordt gescholden en gefoeterd, die gaat al snel schimmelen en krijgt een vieze kleur. De rijst die dagelijks wat aardigs krijgt te ‘horen’, blijft veel langer goed en verkleurt niet. Dus die positieve en negatieve energie heeft blijkbaar een heel ander effect. Het experiment maakte destijds diepe indruk op de kinderen. En op mij ook, eerlijk gezegd. Zeker als je beseft dat we, als mens, voor ongeveer de helft uit water bestaan. Het grootste deel van dat water zit in de cellen van ons lichaam. De longen bestaan zelfs voor 90% uit water, de huid voor 80% en de hersenen voor 70%. Dus als gekookt rijst op lelijk gedrag reageert met schimmel, hoe reageert een mens dan?

 

Weinig zelfvertrouwen

Ik pakte mijn manuscript erbij waar ik jaren geleden aan werkte. Ik had me toen uitgebreid verdiept in de oorzaken van weinig zelfvertrouwen en een laag zelfbeeld. Pesten kwam ik ook tegen als oorzaak. In het hoofdstuk daarover had ik deze passage geschreven:

 

‘Een Vandaag, de dagelijkse actualiteitenrubriek op NPO 1, heeft een jongerenpanel en deed een onlineonderzoek naar pesten. Het blijkt dat pesten ook jaren later nog een grote impact heeft:

  • het zelfvertrouwen bij de jongeren is weg (58%);
  • ze maken minder snel contact (47%);
  • ze voelen zich vaak eenzaam (40%).

‘Pesten maakt je kapot en beschadigt je zelfvertrouwen, het laat een litteken achter waar je altijd mee blijft worstelen’.
– Deelnemer jongerenpanel Een Vandaag

Deelnemers van het onderzoek geven aan dat ze gepest werden omdat ze onzeker overkwamen, vanwege hun uiterlijk of vanwege goede schoolprestaties’. En ik las het boek Visie op pesten waarin Joan Elkerbout beschrijft dat het slachtoffer vaak denkt dat hij/zij zelf de oorzaak is van het pesten. Dat komt misschien ook omdat niet de pestkop naar een training moet, maar degene die gepest wordt. Pesten blijkt vaker voor te komen dan we denken en het beperkt zich niet tot school of werk. En met de komst van de smartphone gaat het pesten na de lesuren of de werkdag gewoon door. Erover praten met een vertrouwenspersoon is het eerste advies. Kijk voor tips op de website www.aandachtvoorpesten.nl

 

Met de kennis die ik heb over zelfvertrouwen, zou ik graag deze tip willen geven als je last hebt gehad van pestkoppen: geef jezelf dagelijks een paar mooie complimenten. Ik schreef daar eerder dit blog over: de allerbeste oefening voor meer zelfvertrouwen. Want dat bewijst ook het rijstexperiment: positieve woorden hebben een positief effect.

 

We nemen thuis opnieuw de proef op de som. Ik heb vanmiddag rijst gekookt en twee weckpotjes gevuld en de potjes hebben hun eerste lofzang en tirade al gekregen. Toch benieuwd hoe het deze keer gaat. Op mijn instagram account kun je het experiment volgen. Ik wens je een mooie, positieve week!

 

Foto: Pierre Bamin on Unsplash

 

Het huis van zelfvertrouwen

Het huis van zelfvertrouwen

Deze keer een infographic in plaats van een blog. Ik gebruikte het bouwen van een huis als metafoor voor een leven vol zelfvertrouwen. De basis voor een stevig fundament is natuurlijk de opvoeding. Ik ben benieuwd wat je ervan vindt. Volgende week ontvang je weer een blog. Ik wens je een mooie week!

 

 

Wat hebben zelfvertrouwen en gelukkig zijn met elkaar gemeen?

Wat hebben zelfvertrouwen en gelukkig zijn met elkaar gemeen?

Without a humble but reasonable confidence in your own powers, you cannot be happy or successful.

 

Gister plaatste ik dit citaat van Norman Vincent Peale op Instagram en ik schreef erbij dat zelfvertrouwen en gelukkig zijn veel met elkaar gemeen hebben. Meer zelfvertrouwen betekent dus ook vaker gelukkig zijn. Misschien vraag je jezelf nu af hoe dat dan zit. Wat hebben die belangrijke twee dan met elkaar gemeen? Dat is het onderwerp van dit blog.

 

Om die vraag te beantwoorden, pakte ik het boek ‘Hector and the search for happiness’ erbij van François Lelord. Het is een moderne fabel over het geheim van gelukkig zijn. De hoofdpersoon, Hector, is een Franse psychiater met een drukke praktijk. Zijn cliënten willen allemaal gelukkiger zijn. Hij besluit een wereldreis te maken en te onderzoeken wat geluk precies is en hoe je gelukkiger wordt. Door allerlei gebeurtenissen en ontmoetingen leert Hector 23 lessen over een gelukkig leven. Ik haal er een paar lessen uit die met zelfvertrouwen te maken hebben.

 

Les één: Making comparisons can spoil your happiness

De eerste les die Hector tijdens zijn reis leert, is dat vergelijkingen maken met andere mensen je ongelukkig maken. Dat is, toeval of niet, ook een van de eerste lessen die ik leerde over zelfvertrouwen. Door jezelf te vergelijken met anderen en alleen oog te hebben voor hun kwaliteiten, bezittingen of lifestyle kun je snel onzeker worden en jezelf als minder succesvol gaan zien. Vergelijkingen maken is daarom een echte killer voor je zelfvertrouwen. Ik trap soms nog in die valkuil. Gelukkig (leuke woordspeling) heb ik het steeds sneller in de gaten en dan zeg ik ter compensatie iets aardigs tegen mezelf.

 

Les tien: Happiness is doing a job you love

Hector ontdekt dat werk waar je van houdt, je gelukkig maakt. Dat is met zelfvertrouwen niet anders. Als je werk doet dat bij je talenten past, nemen plezier, succes en zelfvertrouwen vanzelf toe. Daarom is het zo belangrijk om te ontdekken wat je talenten zijn. Ik schreef daar eerder dit blog over. Toen ik de CliftonStrengths talententest deed en daarna mijn top 5 van sterke punten wist, zag ik ineens waarom ik bij bepaalde banen succes en plezier had en waarom mijn eerste baan helemaal niet bij me paste.

 

Als je interesse hebt in de test, google dan op CliftonStrengths, 34, Nederland, Gallup (het bedrijf achter de test). De goedkoopste test kost € 23,00. Of klik eventueel op deze link.

 

Les dertien: Happiness is feeling useful to others

Jezelf nuttig voelen voor een ander maakt gelukkig en als bonus neemt je zelfvertrouwen toe. Als je iets kunt betekenen voor een ander, dan doe je ertoe voor die ander. Dat voedt zelfvertrouwen. Het is natuurlijke bron van zelfvertrouwen, ertoe doen. Vaak hoor je het advies om vrijwilligerswerk te doen als je tijdelijk geen baan hebt. Dat heeft hier dus mee te maken. Omdat je je nuttig voelt en andere mensen blij maakt of helpt, blijft je zelfvertrouwen op peil.

 

Jezelf nuttig voelen is op elke leeftijd belangrijk. Oudere mensen die met pensioen zijn en minder te doen hebben, voelen zich minder nuttig. Hun zelfvertrouwen neemt daarom helaas af.

 

Les veertien: Happiness is to be loved for exactly who you are

Dat is toch het allermooiste, je geliefd en geaccepteerd voelen? Dat je mag zijn wie je bent. Dat je gewoon goed bent zoals je bent. Dat je niet hoeft te veranderen in de ogen van anderen. Het is net als bij les dertien een bron van zelfvertrouwen als je geaccepteerd wordt zoals je bent.

 

Les vijftien: Happiness comes when you feel truly alive

Hier hoort bewust leven bij. Voor mij is bewust leven hetzelfde als zelfkennis. Als je jezelf goed kent, dan weet je waar je aandacht aan wil geven en welk werk bij je past. En met welke mensen je graag omgaat of hoe je je het beste ontspant. Zelfkennis en bewust leven zijn twee pijlers van zelfvertrouwen volgens Nathaniel Branden. Hij schreef de internationale bestseller Six pillars of Self-esteem.

 

Les zestien: Happiness is knowing how to celebrate

Tot slot nummer zestien van Hector ’s lessen voor een gelukkig leven. En dat is weten hoe je plezier maakt en feestviert. Mensen met minder zelfvertrouwen hebben de neiging hun verjaardag over te slaan. Dat is natuurlijk jammer! Bedenk iets waar je je prettig bij voelt. Het hoeft geen huis vol met visite te zijn. Een gezellige lunch of een dinertje met wat goede vrienden is ook prima. Maar vier vooral je verjaardag en pluk de dag!

 

 

Fotograaf Anthony Fomin via Unsplash

 

Tijd om zelf mijn hart te volgen

Tijd om zelf mijn hart te volgen

 

 

Gister was ik in Aarle-Rixtel om mijn diploma in ontvangst te nemen. Aarle-Rixtel? Diploma? Dat zit zo.

 

Ik wilde eigenlijk al heel lang coach worden. Maar steeds gaf ik mezelf een excuus: ik heb nu geen geld voor zo’n opleiding, er zijn al zoveel coaches. Dus deed ik niets met die wens. Wel startte ik in 2018 als vrijwillig coach/mentor bij de Rotterdamse Douwers. Een stichting die hulp biedt aan Rotterdamse jongeren die extra uitdagingen hebben in het leven. Dat beviel goed. Wel miste ik een soort leidraad. Was het nu wel goed wat ik deed? En voor iemand die anderen aanmoedigt om je hart te volgen, besloot ik eind 2019 dat het tijd werd om dat zelf ook te doen. Ik koos voor een opleiding bij de Associatie voor Coaching in … Aarle-Rixtel, Brabant.

 

Mijn doelen toen ik begon in november: ik wilde heel veel oefenen, ik wilde sowieso mijn diploma halen en ik besloot dat ik een hele goede coach wilde worden. In het leerproces is het de fase van onbewust onbekwaam. Je weet niet wat je fout doet, want de kennis hoe het wel zou moeten heb je nog niet. Dus de eerste trainingsdagen voelden goed en comfortabel. De mede-cursisten waren vriendelijk en net zo enthousiast. Ik zat lekker in m’n comfort zone. Een beetje zoals de herfst toen. Het was niet te koud, het was niet te warm. En er was nog volop zon. Mijn coach-toekomst zag er zonnig uit. Leerzones

 

Daarna kwam de volgende fase: die van bewust onbekwaam. Nu wist ik globaal hoe het moest of hoort, dat vak van coachen. Alleen wilde dat in de praktijk niet meteen lukken. Dat merkte ik toen ik aan de slag ging met de oefen-coachees. En tijdens de trainingsdagen als onze oefengesprekken werden opgenomen en de trainer daarna feedback gaf. De comfort zone werd verruild voor de leer zone. Die voelde ongemakkelijk en maakte me soms onzeker.

 

We moesten alle oefengesprekken opnemen en bij het terugluisteren van de gesprekken hoorde ik mezelf suggestieve vragen stellen. Of bleek dat ik het gesprek niet goed had opgenomen. Inmiddels was het winter geworden. Er leek niets op te bloeien in deze fase. Er was geen zichtbare ontwikkeling. Ik vroeg me soms af of ik het wel zou redden. Of ik wel een goede coach zou worden. De fase van bewust onbekwaam is een echte uitdaging.

 

We gingen door met oefenen, online, via Zoom of anders op anderhalve meter afstand. Langzaam maar zeker begonnen de inspanningen vruchten af te werpen.  De volgende fase brak aan, die van Bewust bekwaam. Ik begon het coachen in de vingers te krijgen. Het ging steeds gemakkelijker. De fase van bewust bekwaam is leuk. Het is superfijn om te merken dat het lukt. Ik had mooie gesprekken met de oefen-coachees. En ik was niet alleen in ontwikkeling, de oefen-coachees waren dat ook. Er gebeurden mooie dingen. Ook grappig: inmiddels was de lente aangebroken. De dagen werden lichter en warmer. Alles om me heen stond in bloei. Het vertrouwen was terug.

 

De volgende fase is die van Onbewust bekwaam. Ik had dat zelf nog niet zo door, maar mijn oefen-coachees wel. Toen de oefengesprekken waren afgerond, kreeg ik een mooi bedankkaartje met de tekst: je was voor mij een echte coach. Van andere coachees kreeg ik bloemen. Op de evaluatieformulieren las ik dat ze mij down to earth vonden en empathisch. Een ander gebruikte de woorden veilig en deskundig.

leercirkel Maslow

Ik vond de bloemen en het kaartje echt leuk om te krijgen, maar het mooiste was toch wel om getuige te zijn van de ontwikkeling en transformatie van mijn oefen-coachees. En om nog even bij de seizoen-metafoor te blijven: de zomer was aangebroken. Tijd om na alle analyses en reflecties te ontspannen en te oogsten. En het diploma in ontvangst te nemen!

 

Ik heb een mooie coachruimte gevonden in Rotterdam. Die ga ik gezellig maken. Ik ga me aanmelden bij Nobco, de beroepsvereniging en CoachFinder, het platform van Psychologie Magazine waar mensen makkelijk en laagdrempelig een coach kunnen vinden. En wie weet: misschien volg ik opnieuw een training aan de Associatie voor Coaching. Een dikke dankjewel aan iedereen die mij heeft geholpen op dit pad!

 

Het verlangen naar goedkeuring

Het verlangen naar goedkeuring

 

Onlangs las ik het boek Moeders en dochters van Annette Heffels, psycholoog en al jaren columnist van het weekblad Margriet. Dat blad zat in de leesmap die wij vroeger thuis hadden en als nieuwsgierige puber las ik vaak haar columns. Dus toen ik het boek in de bieb zag, nam ik het spontaan mee. Ik herkende veel in wat ze schrijft over de relatie met je moeder. Ik moest er af en toe om glimlachen. Bijvoorbeeld om deze passage:

 

‘Luchtig zegt ze: ‘Wat jammer toch dat je mij vroeger niet gedwongen hebt om door te gaan met pianoles. Dan was ik nu een heel stuk verder geweest.’ Van verontwaardiging verslik in me in de thee die ik in het kader van een gezellig gesprek met mijn volwassen dochter heb gezet.’

 

Zo’n opmerking heb ik, jaren geleden, ook gemaakt bij mijn moeder maar in plaats van pianoles ging dat over school en dat ik regelmatig spijbelde. Ik sluit niet uit dat ik in de toekomst ook zo’n soort gesprek voer met mijn dochter.

 

Een hoofdstuk gaat over onzekerheid en zelfvertrouwen. Het geeft goed weer waarom de relatie met onze moeders en dochters soms zo ingewikkeld is. De ene generatie vindt andere dingen belangrijker dan de andere generatie. Dus doe je het anders maar tegelijkertijd is er ook het verlangen van goedkeuring van je moeder. Zo schrijft Annette Heffels over haar moeder:

 

‘Toen zij zo oud was als mijn oudste dochter, was ze al getrouwd en spaarde ze met mijn vader voor een eigen huis en voor onze studie. Toen ik zo oud was, was ik al gescheiden maar had ik wel het inkomen om me dat te kunnen veroorloven.’ 

 

De volgende passage vond ik ook herkenbaar:

‘Ze was wel trots op ons, maar dat zei ze tegen anderen, niet tegen ons, want in die tijd dachten moeders dat dochters daar verwaand van zouden worden en bescheidenheid sierde de vrouw. Dus ik voelde me zelfs onzeker over mijn onzekerheid, omdat ik ook wel doorhad dat je als volwassen, werkende vrouw zelfvertrouwen moest uitstralen.’

 

Gelukkig zijn we vandaag de dag veel vrijer en geven we kinderen veel sneller en makkelijker een compliment. Zelfs zodanig dat we nu het advies krijgen dat we beter een complimentje kunnen maken over de inzet en de volharding en niet over het resultaat. Daar schreef ik dit blog over. Annette Heffels omschrijft het zo:

 

‘Ook vooruitgang is volgens mijn moeder het zelfvertrouwen dat ik zie in mijn dochters. Ik heb hen overstelpt met complimenten en die zijn aangekomen.’

 

Als ik nog eens begin met een podcast-serie, zou ik Annette Heffels graag interviewen. Volgende week gaat mijn blog over hospiteren en jezelf, als aankomend student, staande houden na een paar afwijzingen. Stay tuned!

 

 

Moeders en dochters van Annette Heffels
Foto: Shirley van der Schans
Op een fijnere manier omgaan met fouten

Op een fijnere manier omgaan met fouten

 

Een van mijn best gelezen blogs op LinkedIn gaat over fouten maken. Dat verbaast me niets, maar het is wel interessant. Want een fout maken is gewoon echt vervelend. Het heeft een paar negatieve consequenties. Ten eerste kost een fout vaak tijd of geld. Een fout kan irritatie geven, bij de klant, bij een collega of bij je manager. Het geeft bijna altijd stress. En aan een fout maken zit risico. Soms verwaarloosbaar maar soms met grote gevolgen. Een promotie die niet doorgaat of een klant die het jaarcontract daarom niet wil verlengen. Daarnaast doet het iets met je gevoel van eigenwaarde omdat schaamte een rol kan spelen. Hoe fijn is het niet als je collega je opbeurt omdat ze die fout ook wel eens maakt.

 

Manier waarop het niet werkt in plaats van ‘fout’

Sommige mensen kunnen echter prima met fouten omgaan. Uitvinder Thomas Edison is een bekend voorbeeld. Voordat de gloeilamp goed werkte, had hij 10.000 eerdere pogingen gedaan. Hij zag dat niet als 10.000 fouten of mislukte pogingen. Hij had gewoon 10.000 manieren gevonden waarop het niet werkte.

 

Michael Jordan heeft ook een andere kijk op fouten:

 

‘Ik heb in mijn carrière meer dan 9000 worpen gemist. Ik heb bijna 300 wedstrijden verloren. Zesentwintig keer was het aan mij om het winnende shot te nemen en miste ik. Keer op keer heb ik gefaald. En dat is waarom ik succes heb.’

 

Springplank in plaats van ‘fout’

En nog een voorbeeld (weer uit Amerika): Arianna Huffington, oprichter van de Huffington Post en auteur van het boek De slaaprevolutie, kreeg in haar jeugd steevast van haar moeder dit te horen:

‘Een fout maken is niet het tegenovergestelde van succes, een fout is een springplank naar succes.’ En zegt ze verder: ‘als je niet vaak faalt, leg je de lat niet hoog genoeg.’

 

Het is waarschijnlijk ook gewoon een typisch Amerikaanse denkwijze. Failliet gaan wordt daar ook niet gezien als falen. Misschien komt het door onze calvinistische inslag. Misschien is het te frivool om een fout als iets positiefs te zien. Maar als het gaat om innoveren, zijn de Amerikanen natuurlijk wel leading. Denk aan Apple, SpaceX en Tesla.

 

Onvoorzien leermoment in plaats van ‘fout’

Ik heb toch nog een Nederlander kunnen vinden die op een positieve manier kijkt naar iets dat niet goed gaat. Boyan Slat die met zijn uitvinding de plastic soep uit de oceaan opruimt, noemt fouten een ‘onvoorzien leermoment’.

 

Op Nederlandse scholen is er gelukkig steeds meer aandacht voor de voordelen van fouten maken, dankzij het werk van (de Amerikaanse!) Carol Dweck. Door fouten te maken en veel te oefenen, maken de neuronen in de hersenen nieuwe, sterkere verbindingen. Deze sterkere verbindingen maken je slimmer. Over die mindset en Carol Dweck schreef ik eerder dit blog en deze.

 

Anders omgaan met ‘fouten’

Dus ja, de ‘psychologie van fouten maken’ is interessant. En er op een andere manier naar kijken ook. Ik moet eerlijk bekennen dat het mij wel wat tijd heeft gekost om makkelijker met fouten om te gaan. Inmiddels gaat dat heel behoorlijk. Gister nog: ik had drukwerk besteld voor een workshop. Een kaart formaat ‘ansicht’. Maar ik had het fout gedaan en de kaart was twee keer zo groot geworden. Geen ramp natuurlijk. Dus ik haalde mijn schouders op en ging verder. Vroeger had ik dat op zijn minst stom van mezelf gevonden. Fijn om die vooruitgang te merken. Hopelijk geldt dat, als lezer van mijn blog, ook voor jou!

 

Leuk als je een reactie achterlaat in de comments!

 
Photo by Sarah Kilian on Unsplash

Pin It on Pinterest